Marias vertelt: Meer bijen dan de honingbij

Ruim dertig jaar geleden vertelt iemand in een radioprogramma over een heel bijzonder natuurgebeuren. Het is de heer Pieter van Breugel die een verhaal over wilde bijen houdt. Ik luister met gespitste oren. Deze groep dieren is mij onbekend. Hij vertelt er zijn zo’n 350 soorten bijen. Wij noemen het wilde bijen, omdat ze niet, net als de honingbij, door de mens zijn ingevoerd. Tot die wilde bijen behoren ook de ongeveer 25 soorten hommels. De honingbij en de hommels vormen kolonies. Alle andere bijen leven alleen.

Bij een kolonie heb je één koningin die in haar eentje voor het nageslacht zorgt. Bij alle andere bijen zorgt elk bevrucht wijfje in haar eentje voor het nageslacht. Ze worden daarom solitaire bijen genoemd. Deze term gaat niet geheel op. Er is een groot verschil in de bouw van de wilde bij. Ze komen in vele maten en vormen voor. Ze gebruiken heel verschillende nestgelegenheden. Echter één soort gebruikt altijd een zelfde soort nest. Daarom vind je ze dikwijls als groep bij elkaar, maar wel zonder dat ze samen iets doen.

Een hulp
De heer van Breugel vertelt dat hij een brochure heeft geschreven met de titel: “WILDE BIJEN LEIDRAAD BIJ EEN KORTE KURSUS over SOLITAIRE BIJEN”. Dit gestencilde geschrift is voor 6 gulden te verkrijgen. Direct besteld. Eén hoofdstuk in het verhaal gaat over helpen bij herstel van de natuur. Ik ben direct aan de slag gegaan. Een blok hout liefst hardhout van boorgaten voorzien is een aanrader. Waarom hardhout? Hoe gladder de wanden van de gaten zijn hoe beter dit is. Mijn overbuurman maakt bij een timmermansbedrijf nog hardhouten kozijnen. Een paar afvalstukken kan ik meenemen. Een set boortjes gekocht en boren maar. Soms worden de boortjes zo heet dat er rookpluimen uit de gaten komen. Het advies is gaten te maken van 2 tot 10 millimeter. Zo diep mogelijk boren zonder door en door te boren. Van de kleine boortjes zijn er verschillende gesneuveld. Handiger is om de boormachine in een standaard te hangen. Variatie is een patroon van de naam van je geliefde of een kind in het blok te boren. Enkele lege conservenblikken heb ik opgevuld met stukjes bamboe. De merg er eerst zoveel mogelijk uitboren is aan te raden. Aan één kant het bamboe dicht houden. Je moet de bamboe goed vast zetten in het blik. De stengels kunnen krimpen en voor mezen is het dan eenvoudig de stokjes uit het blik te werken. 

Ophangen van de nesthulp
Bijenhotels ergens zo maar neer zetten is niet aan te raden. Het grootste succes van bewonen van nesthulp is blokken, bijenhotels enz. op een zo warm mogelijke plek te hangen. Liefst tegen een muur waar de zon het grootste deel van de dag op schijnt. Een afdakje als bescherming tegen de regen geeft extra kans van slagen. Het broed is gevoelig voor schimmels. Wilde bijen vallen de mens nooit lastig. Ze hebben geen enkele interesse in je limonade, jam of zoetigheid.