Lokale ondernemers - Hoe komen zij nu weer door de lockdown heen?
Twee weken geleden stond in deze krant de oproep om vanwege de lockdown de lokale ondernemers te steunen. De redactie had een gesprek met ondernemers Jeroen van der Welle van 7camicie overhemden/Blue Denim spijkerbroeken en Huig De Kreij van Groothandel De Kreij over wat hun mogelijkheden zijn in deze crisis.
Door Nick Ehbel
Jeroen van der Welle van 7Camicie en Blue Denim
Jeroen vertelt: “We zitten nu midden in de lockdown, maar ik til er niet zo heel zwaar aan. Wij proberen er het beste van te maken.
Ons motto is: ‘Het is niet leuk, maar er zijn ergere dingen.’ Het lukt doordat we een goed team hebben; ze zijn er in goede en in slechte tijden. Daarnaast proberen wij de mogelijkheden die er wel zijn, uit te vergroten.”
Over de mogelijkheden die zij hebben, licht hij toe: “De mensen mogen bij ons aan de deur om af te halen. Wij zetten de pakketjes netjes voor de mensen klaar. Verder hebben we zeer actief contact via Facebook, Instagram en alle andere social media.”
Jeroen vervolgt: “We mogen blij zijn als we ongeveer een kwart doen van wat we normaal deden. Ik concentreer me gewoon; als ik tien klanten kan helpen vandaag, dan wil ik er dan ook tien helpen. De oproep om lokale ondernemers te steunen, merken wij in onze eigen klantenkring. Wij voelen dat nog meer als men de moeite neemt om ons te bellen, te appen en gebruik te maken van de mogelijkheden die er wel zijn.”
Hij merkt op: “We hebben inmiddels een naam opgebouwd, zijn al tien jaar lang met Blue Denim en 7camicie bezig. Beide opereren op dezelfde manier, met een afhaalloket en een gezellige winkel. Als mensen hier aan de toonbank komen, kunnen ze de bestelling ter plekke pinnen. Dit zijn allemaal mogelijkheden die wel kunnen.”
Op de vraag wat zijn verwachtingen voor de toekomst zijn, antwoordt hij: “We hebben goede hoop dat we snel weer open kunnen. Ik wens iedereen het beste voor 2022 en vind dat we dankbaar mogen zijn voor wat we allemaal wel hebben mogen doen in 2021!”
Huig de Kreij van Groothandel De Kreij
Huig beschrijft de huidige situatie: “We zitten nu al twee jaar in de crisis, met op en neer, met open en sluiten. Het is voor ons heel lastig om te schakelen. Je hebt te maken met omzetverlies, met voorraden die over de datum zijn, met bederf of dat spullen naar de voedselbank gaan.
Je moet op zoek naar middelen om te kijken hoe overeind te blijven. Wij hebben de move naar beschermingsmiddelen gemaakt, maar er zijn genoeg bedrijven die niet de mogelijkheid hebben om te schakelen. Die omschakeling was voor ons wel noodgedwongen. De omzet die we verloren in de horeca hebben we gedeeltelijk terug kunnen halen met beschermingsmiddelen. Dan praat ik over mondkapjes, gel en dat soort artikelen. Wij zijn groothandel en op die manier hebben we getracht ons aan te passen. Die lockdown is heel vervelend want het kost je heel wat omzet. Dat de overheid bijspringt is niet toereikend.”
Huig verduidelijkt: “Wij zijn groothandel en dus niet voor particulieren. Wij zijn wel een dag open gegaan voor particulieren omdat dat door de overheid werd gevraagd omdat winkels overbelast waren, maar daar hebben wij weinig aan gehad. Sowieso omdat wij alles met grootverpakkingen hebben. Voor koffie bij ons kom je niet voor één pak, maar voor vijftien pakken!”
Over de steun: “Wat steun betreft, moeten wij het niet hebben van de particulier, maar van bedrijven, van verenigingen, scholen en horeca. En die liggen allemaal stil, dichte kantines, geen bezoekers langs de lijn. Bedrijven draaien wel door, maar aan thuiswerkers hebben we ook niks, want die drinken thuis van hun eigen koffie. Ik heb één landelijke klant waar vijfhonderdvijftig mensen werken, met zes kantoren. Daar deden wij de koffie-, thee- en watervoorziening en limonade. Als daar nog dertig mensen op kantoor zitten, is het op. Bij de horeca hebben ze alleen maar afhalen en de snackbarretjes.”
Betreffende de toekomst heeft Huig een uitgesproken mening: ‘Ik verwacht dat de maatregelen rond februari, maart opgeheven worden en dat hopelijk alles weer vrijgegeven wordt. Ik denk dat we hiermee moeten leren leven, want een virus duurt meestal vijf jaar. De nieuwe varianten worden zwakker, mensen worden dankzij de boostercampagne minder ziek, dus minder belasting op de ziekenhuizen. Daarom hoop ik dat de boel weer open gaat. Dat zal wel moeten, want op deze manier gaat de hele economie eraan.”